- borst
- {{borst}}{{/term}}1 [m.b.t. mensen] poitrine 〈v.〉2 [m.b.t. dieren] poitrail 〈m.〉3 [klier (bij een vrouw)] poitrine⇒ sein 〈m.〉♦voorbeelden:1 een brede borst hebben • avoir la poitrine large〈figuurlijk〉 een hoge borst opzetten • bomber la poitrineuit volle borst zingen • chanter à pleins poumonsde borst onderzoeken • faire un examen du thoraxaan iemands borst liggen • être couché contre le sein de qn.iemand aan de borst drukken, sluiten • presser, serrer qn. contre son coeurzich op de borst kloppen, slaan • se vanter (de)het op de borst hebben • souffrir d'une maladie pulmonairedat stuit mij tegen de borst • ça me rebute3 zware borsten hebben • avoir une grosse poitrineeen kind de borst geven • allaiter un enfantde borst krijgen • être nourri au seinde borsten onderzoeken • faire un examen des seinseen kind aan de borst leggen • allaiter un enfanthet kind is van de borst • l'enfant est sevré¶ een brave borst • un brave garçonmaak je borst maar nat! • prépare-toi au pire!
Deens-Russisch woordenboek. 2015.